
Terwijl zij giechelend haar rokje weer op sociaal aanvaarbare hoogte trekt, laat Peter zijn handen over haar kokervormige taille lopen.
'Ik heb zelden zo'n smalle tussen mijn handen gehad.' Hij spreekt het bijna vertederd uit.
Ze reageert niet, schikt haar wilde bos haar tot een meer bescheiden boeket. De ruimte waarin ze zich bevinden is door een grote klimstuik onttrokken aan het oog van de passant maar biedt genoeg plaats voor een klein kaartgezelschap. Hij hoeft z'n broek nog even niet volledig op te trekken. Zodadelijk kan hij de blaas ledigen wanneer z’n generaal er klaar voor is.
In het grasveld voor de spelonk heeft het immens populaire, literaire festival 'Dag van de Misdaad' z'n tenten opgesteld. Peter denkt aan z'n duvelglas dat warm staat te worden. Hij glimlacht en wordt een beetje opgewonden van het idee dat daar op het plein honderden liefhebbers van de fictieve misdaad rondlopen. Terwijl hij, gevierd schrijver, zich zojuist werkelijk aan een misdrijf heeft bezondigd. Een heerlijk misdrijf, dat wel. Tenminste, als je er in het openbaar op betrapt wordt. Hij heeft nog geen zin om zich weer onder het volk te begeven. Hier voelt hij zich jong en anoniem. Even geen horde door adoratie bevangen lezers die hem bestoken met eigen creatieve papiermanoeuvres .
'Laten we elkaar nog eventjes vasthouden.' Zijn stem klinkt vreemd en kwetsbaar.
Ze giechelt weer. Begint dan obsceen hard te lachen. Plots ziet ze er helemaal anders uit. Haar luchtige zwarte krullen zijn veranderd in donkere, stugge vingers die haar hoofd beteugelen. Haar verliefde blik is verdwenen uit de staalblauwe ogen die hem glashard uitlachen. Zelfs haar lach is niet die van een speels, dweperig fanmeisje meer maar eerder die van een helleveeg die wraak zint op allen die haar dwarsbomen.
Wat volgt is een snelle sequentie van beelden en sensaties die hij amper weet te interpreteren. Het filmpje op zijn netvlies loopt sneller dan dat Peter het kan verwerken. Daarom is het laatste wat hij bewust op het witte doek ziet een grijnzende dame met een blinkend lemmet en vervolgens de donkerrode geiser tussen zijn benen die het laatste beetje leven uit hem laat gutsen op de aarde naast de oude omwalling van de Antwerpse stad.
Ondertussen is de vertelling een eigen leven gaan leiden. Een vervolg zit in de vingers en zelfs al een stuk op harde schijf. Benieuwd of jullie uitkijken naar hoofdstuk 2, misschien wel 3, 4,...
Ik wel natuurlijk. Keep going!
BeantwoordenVerwijderenRudy
Laat dat vervolg maar snel komen! (En ik ga stiekem eens zoeken naar die spelonk;-) Ik heb een klein vermoeden dat ik ongeveer weet waar ik ze zou kunnen vinden...)
BeantwoordenVerwijderenElsje
En... het vervolg wordt geschreven terwijl u dit leest! Alleen zal het niet op deze blog verschijnen maar... hopelijk op papier. Meer nieuws volgt!
BeantwoordenVerwijderen